Selamat malam! De eerste drie weken hier - goed & zeer intens..

14 maart 2018 - Salatiga, Indonesië

Lieve mensen, Goedenavond, Selamat malam,

Inmiddels ben ik nu drie weken in Indonesië, maar het voelt eigenlijk al als twee maanden door alle opgedane indrukken. En dat zijn er veel! Ik kan het in ieder geval samenvatten als een intens begin - vooral heel goed, maar veel cultuurshock momentjes en veel dingen die ik nog een soort van moet verwerken, en daarom vooral heel intens.

De heenreis

Op maandag 19 februari was het zover. Na een druk en heel erg leuk weekend, waarbij we Joost zijn diploma uitreiking goed hebben gevierd met een groot feest in Groningen, moest ik nog inpakken en een soort van bedenken “Oh ja, nu is het zover, nu ga ik. Naar het land van opa en oma. Voor mijn onderzoek, waarvan ik wel wat ideeën heb, maar ook juist heel open in ga..!” Ook al was dit niet mijn eerste keer dat ik voor langere tijd naar het buitenland ging (in 2013 een Erasmus exchange naar Istanbul & in 2017 een half jaar alleen reizen door Midden-Amerika), voelde het nu toch anders, en de spanning bleef wel. Het was erg leuk dat iedereen van mijn beste vrienden en familie weer de moeite had genomen om me uit te zwaaien op Schiphol, toch wel leuk ;) We dronken nog koffie samen; Oma, mam, pap, Joost, Gijs, Wouter, Julie, Madeleine waren er bij. Toen ging ik weer op pad, nog een laatste knuffel, kus, en door de douane. Wat nou wel jammer was, is dat ze mijn pot pindakaas die Wouter bij ‘de Pindakaaswinkel’ op Schiphol last-minute had gekocht voor me, nog hadden gedetecteerd.. Het was blijkbaar te vloeibaar voor handbagage. “Oh maar meneer, dit kan echt niet mee? Kijk, hier is het bonnetje nog, ik heb hem echt net nog gekocht (OK gekregen) bij de Pindakaaswinkel!” De douane medewerker keek me aan, en zag hoe graag ik hem mee wilde, “Je kan anders ook even teruglopen naar de grote bagage incheck, en dan kijken of je koffer er nog is en hem daar inchecken!” Oké, dat klonk wel goed en ik had nog genoeg tijd, dus ik wilde door de douane teruglopen, en toen hielden twee mensen me weer tegen en vroegen wat ik wilde doen. Ik legde het uit, ze zeiden dat de koffer allang weg was, maar dat ik wel mijn handbagage in kon checken.. “Oh.. “ zei ik, “die wil ik wel graag bij me houden in het vliegtuig.” De beste man zag de teleurstelling in mijn ogen, en zei toen “weet je wat, kom maar deze kant op, je moet even je handbagage opnieuw door de douane band laten checken, maar dan aan deze kant - hij wees naar de meest rechter bagageband - “daar wordt de vloeistof het minste gecontroleerd en komt-ie er waarschijnlijk wel doorheen!” Ik keek hem lichtelijk verbaasd aan; het voelde alsof hij zojuist de meest geheime security informatie aan mij vrijgaf, maar het was niet het moment om ondankbaar of te verbaasd over te komen. “Oké, wauw, bedankt zeg! Dat ga ik gelijk doen!” zei ik enthousiast en hij knikte naar me, begeleidde me nog een stukje, en ik liep naar de douane band. En inderdaad, toen ik door de security poortjes liep, kwam mijn tas er bij de gecheckte en goedgekeurde kant uit en kon ik hem meenemen. Ik keek achterom over mijn schouder en zocht oogcontact met de man die me had geholpen, hij keek naar me en stak vragend zijn duim op. Ik stak mijn duim terug op en keek hem lachend aan. Hij behoort zonder twijfel ook tot de pindakaas fanatici! :D

Eenmaal in het vliegtuig voelde ik de spanning wegzakken en voelde ik ook hoe moe ik was. De vlucht zelf ging best snel voorbij, ik heb nog een aantal films gekeken, en ik praatte een tijdje met de man die naast me zat, Han Blom. Hij werkte voor de TU Delft in een samenwerkingsproject met Indonesië m.b.t water management. Hij had in allerlei landen gewoond, waaronder Jemen, de Filipijnen, Indonesië.. Heel interessant. Voor dit project zou hij voor het eerst in 20 of 30 jaar dacht ik, weer terug gaan naar Indonesië, dus in het vliegtuig was hij zijn bahasa Indonesia weer aan het ophalen. Hij vertelde dat hij nu naar Yogyakarta zou gaan en Surabaya voor het project. Ik vertelde dat ik ook nog eens naar Surabaya ga, want ik ken er twee vrouwen die ik heb leren kennen bij de summer school gender in Nijmegen afgelopen jaar. Ik zei dat ze werken in IT in een universiteit in Soerabaja, en dat ze naar die summer school gingen omdat ze meer vrouwen willen aantrekken in de IT daar. Han vroeg: “Oh, hè, van welke universiteit zijn ze dan?” “Geen idee,” antwoordde ik. “Nou, dat moeten denk ik wel dezelfde vrouwen zijn met wie ik nu ga samenwerken in Soerabaja, twee vrouwen die in de IT zitten op (..) universiteit in Surabaya, en ze waren vorig jaar naar Nijmegen geweest voor de summerschool in gender!” zei hij enthousiast. “Neeee, hoe kan dit?!” zei ik.. Wat is dit.. Wat is dit voor toevalligheid? Ik ken maar een paar mensen in Indonesië, ik bedoel hoeveel mensen ken ik in Indonesië? En hij gaat uitgerekend met hen samenwerken die week? En ik zit naast hem in het vliegtuig.. Ik kon er even niet bij met mijn hoofd. “Nou de groetjes van mij hè!” En inderdaad, diezelfde week werd ik nog op Facebook getagd door Silvianita, dat ze elkaar hadden ontmoet!

Aankomst en eerste indrukken

Dinsdag 20 februari kwam ik rond het middaguur aan in Jakarta. Ik had een directe vlucht vanaf Amsterdam. De eerste stappen op Indonesische grond.. ik voelde de warmte me tegemoet komen. Het duurde ontzettend lang voordat de bagage op de band was, ik denk wel twee uur. In de tussentijd hadden medewerkers van Garuda al wat eten en drinken aangeboden, echt een goede service. Uiteindelijk toen ik mijn enorm zware tas op wieltjes had, liep ik richting de aankomsthal en volgde ik het bordje ‘domestic flights’, ik zou nog een binnenlandse vlucht nemen van Jakarta naar Semarang. De eerste indruk van de mensen hier is - op zich niet verbazingwekkend - dat mensen vooral heel klein en tenger gebouwd zijn, ik voel me groot (ik? 1.65 m!) en lomp.. En in elk café of in de hal van het vliegveld: overal wordt grondig schoongemaakt door iemand, zelfs als de vloer er vrij blinkend uitziet. Eenmaal aangekomen bij de Domestic Flights is het rond tweeën, mijn vlucht zou half 4 gaan, en mijn vlucht staat nog niet op het scherm omdat het nog te ver weg is. Maar ik zie wel Semarang tussendoor op het bord staan, dus ik besluit een koffie te drinken, en dan zou ik zo wel weer checken. Om half 3 zie ik wel dat er vluchten op het bord staan naar Semarang, maar niet precies mijn tijd en vluchtnummer.. Dus ik loop richting een incheckbalie en een medewerker van Garuda daar vraagt me waar ik heen moet.. “Semarang? ohhhh you’re in the wrong terminal!” Ik ben gelijk klaarwakker. Shit!! En mijn vlucht is al over een uur en ik moet nog inchecken.. “Oh noooo.. is it far away, which terminal then?” “Terminal 1, OK, I will bring you, come on!” Hij gebaart dat ik mee moet komen, en heeft al mijn tas op wieltjes mee genomen, het ziet er gek uit, zo’n kleine man met zo’n enorme tas. Ik wil de tas terugpakken en hem bedanken, dat hij dat niet helemaal mee hoeft te slepen, maar hij staat er op en rent snel vooruit richting de skytrain. ‘Wauw, terima kasih banyak!’ zeg ik tegen hem, laat hem de tas meenemen en ben er dankbaar voor, en hij knikt me alleen aan met een glimlach. In de skytrain duurt het gelukkig niet lang en we komen aan bij Terminal 1, dan lopen we gehaast naar hal 1.C, waar de Batik Air (no pun intended ;) - haha het staat heel duidelijk op mijn ticket) incheckbalie zou zijn. Stukje lopen nog wel, bezweet als we zijn, tropisch en gehaast, komen we aan, en gaan we door een kleine douane. Ik had nog net gelezen op het ticket dat ik nu nog kon inchecken. Eenmaal bij de incheckbalie staat er nog een vrouw voor ons die geholpen wordt, maar ja, natúúrlijk duurt dat heel lang en heeft ze allerlei vragen.. Stress begint iets hoger op te lopen nu. Oké, eindelijk aan de buurt, het is inmiddels 3 uur. Ik laat mijn vliegticket zien en mijn paspoort, en de man kijkt me aan.. “Batik air? No it is operating now via Lion Air! You have to be at the incheck desk of Lion Air!” de man van Garuda en ik keken elkaar aan.. En wisten dat ik m’n vlucht niet meer zou halen. Maar goed, we gingen toch maar lichtelijk gehaast weer lopen richting 1.A, wat nog minstens 10 minuten lopen was. Daar moesten we weer door een douane, dan voel je de moed al in je schoenen zakken. Eenmaal bij de balie aangekomen, zei de medewerkster dat de gate al gesloten was (tsja, kwart over 3, wat wil je ook haha). Ik zei nogmaals erg bedankt tegen de man, maar hij ging alweer een nieuw ticket voor me regelen. ‘Zo, je vlucht gaat nu om 5 uur, dat is ook al bijna!’ Nou wat fijn, en toen zei de man, ‘ Zullen we nog even koffie hier drinken?’ Na al dat harde geren. Dus we zitten in een café en bestellen koffie, de man is ook maar aan het werk bij Garuda, maar dat maakt niets uit dus, lunchpauzes zijn denk flexibel.

Uiteindelijk de vlucht van 5 gehaald, ik heb mijn docenten nog gesmst dat ik later zou aankomen, maar ze waren al onderweg. Om 6 kwam ik aan en vingen mijn docenten van hier, Tundjung en Ina, mij op. Het was heel leuk om ze weer te zien, ik heb ze voor het laatst gezien in oktober toen ze eventjes in Nederland waren en ons over het project informeerden.

Het is gelijk een warm onthaal. Het is een uurtje rijden van Semarang naar Salatiga, en onderweg stoppen we natuurlijk even om in een weg restaurantje te eten. M’n eerste Indonesische eten (in Indonesië zelf dan ofcourse) en het is gelijk al zoooo lekker! Pittige vis met sambal, en rijst, en we eten met ons handen, met je rechterhand wel; je linkerhand wordt beschouwd als onrein. Dan rijden we door naar de campus en naar mijn kamer in de boardinghouse.

De eerste paar dagen krijg ik een beetje een rondleiding van Ina door de campus van de universiteit en de werkplekken, en maak ik kennis met de mensen. Op een middag, als Ina zegt, doe maar rustig aan je zal een jetlag hebben, zit ik lekker op een bankje een koffie te drinken. Een paar jongens lopen naar m’n tafeltje en vragen wat aan me - ze vragen of de stoelen naast me bezet zijn, en ik snap wat ze vragen, maar ik weet natuurlijk niet hoe ik moet antwoorden, haha. Dus ik glimlach een beetje en knik, terwijl ik gebaar naar de stoelen, en enthousiast zeg “Iya, Iyaaa!” (ja, ja! Je kunt de stoelen pakken, ze zijn vrij!). Ze kijken mij op hun beurt een beetje vreemd aan, oh hoezo spreekt deze nou geen Indonesisch, zal wel een bule (buitenlander) zijn. Ze gaan zitten en steken een sigaret aan, en vervolgen hun gesprek weer. Maar ik zit er toch een beetje ongemakkelijk midden tussen in, dus ik denk, laat ik me toch maar voorstellen. Hallo, saya nama Lisa.. anda? :) Ze kijken me aan, en in gebrekkig Engels hebben we een gesprek, en steeds meer mensen verzamelen zich om ons heen, volgens mij is het wel grappig en interessant zo’n bule hier. Hoewel ik weet dat ze op deze universiteit toch wel een aantal exchange studenten hebben, is het misschien wat ongewoon. Ik word gelijk door hen uitgenodigd om zaterdag mee te gaan naar hun cultureel festival, ze blijken van de etniciteit Batak te zijn, die komen uit Noord-Sumatra rondom het Toba-meer. Ik ben die week ook naar het huis van een paar van hen geweest, en het is gelijk gezellig: iedereen speelt muziek en zingt mee, de hele avond, en we drinken er tuak bij: een gefermenteerde drank van kokos, waarvan je langzaam maar zeker dronken wordt. Het gaat vooral heel soepel, het is niet heel sterk en je merkt er eerst niks van. Tot je bij je vijfde nummer bent en Bob Marley mee kan zingen zonder schaamte :D Ik ben nu toch al vaker in het huis geweest, je maakt hier vrij snel vrienden en wordt ook snel thuis uitgenodigd bij mensen. Ik ga vooral veel om met Bang Lyiando, Frengki, Mega en hun vrienden - elke avond komen er weer andere vrienden over de vloer.

Salatiga & mijn onderzoek in de Batik industrie

De komende drie maanden woon ik dus in Salatiga, een vrij kleine stad in midden-Java (180.000 inwoners). Salatiga is gelijk al minder warm dan Jakarta of Semarang, het ligt wat hoger gelegen en heeft daarom echt een prettig klimaat. Het was vroeger een van de grotere Christelijke plaatsen in Java en staat bekend om een tolerant klimaat, en is geen toeristische stad. Ik heb een kamer in de boardinghouse, aan de Jalan Diponegoro 66, of afgekort Dipo 66 (Dipo enam enam) en iedereen weet gelijk waar je het over hebt. Het boardinghouse is van de UKSW, Universitas Kristen Satya Wacana, de universiteit waar mijn onderzoek aan is verbonden en ik van de faciliteiten gebruik kan maken. De boardinghouse is 3 verdiepingen hoog en heeft een binnenplaats, keukentje op elke verdieping, en diverse badkamers, alles is vrij open. Deze boardinghouse is alleen voor vrouwelijke studenten. Ik ontmoet er Kaisha die twee deuren verderop woont, en het klikt gelijk. Verder ontmoet ik de huishoudsters, wat een hele grappige situatie geeft, omdat ze allemaal geen Engels spreken. Dat heb ik hier ook ervaren, de meeste mensen spreken heel gebrekkig Engels, dus zodra ze merken dat ik de bule (buitenlander) ben, dan worden ze een beetje verlegen en giechelig. Dus het was een beetje met handen en voeten en basic woordjes communiceren, maar Kaisha studeert Engels, dus zij is een goede tolk tussen ons. De volgende dag kwamen de meisjes naar mijn kamer, ze klopten op mijn deur en stonden daar met z’n drieën: “Can we take a photo please?!” haha ik voelde me echt een celebrity daar #InstaFamous! Er zijn dus huishoudsters die de algemene ruimtes schoonmaken maar ook je kleding wassen. Het eten hier is echt geweldig, ik heb al zoveel verschillende gerechten geprobeerd hier, en alles smaakt fantastisch! Enak sekali! Super lekker. Het is ook heel goedkoop, je kan in de kantine hier op de campus een heel bord vol scheppen met allerlei verschillende gerechtjes voor maar 8000 Rupiah (omgerekend zevenenveertig eurocent.. 47 eurocent!!) Je begrijpt dat ik dus nooit kook en overal lekker uit eten ga :) Eigenlijk zijn mensen hier dus veel rijker in verhouding, dat ze het zich kunnen veroorloven om bij elke warung (klein restaurantje) weer een saoto of ketoprak kunnen halen.. mmhhh! Oh en de tempeh hier is ook echt zó lekker, ik ben daar echt verslaafd aan. Overigens, mensen hier eten echt alles van dieren, en wat ze hier ook eten is RW en dat is, .. hond, ja. Ik dacht dat ze dat alleen in China aten.. Of ik het nog eens wil proberen? Ik denk het wel. Ik bedoel, als hondjes te lief zijn om op te eten, zijn varkentjes en kippen dat ook vind ik. Een paar jaar geleden zei ik dat nooit in mijn leven hond zou eten. Maar nu denk ik, het is eigenlijk hypocriet om het ene dier liever te vinden dan de andere.. Maar goed, ik geef mezelf nog even wat tijd om me mentaal voor te bereiden!  

In Indonesië moet je op je ID kaart aangeven welke van de volgende grote religies je aanhangt: Islam, Protestantisme, Katholicisme, Hindoeïsme, Boeddhisme, Confucianisme. Een ander geloof wordt niet erkend door de overheid, maar overigens is dat ook heel ongewoon om geen religie te hebben voor Indonesiërs.. Ik vind het te ver gaan om mezelf te scharen onder Christelijk, maar ik probeer uit te leggen dat ik spiritueel ben en in reïncarnatie, zielen, intuïtie, geloof (oh maar ga je dan ook naar de kerk of een tempel dan? dat niet.. - Oh okee..) mensen zijn erg religieus hier, en gaan elke week naar de moskee of kerk (in Salatiga). hoelaat: mensen gaan op zondag om 6 of 7 of 8 uur naar de kerk (!). Ik ben afgelopen zondag ook meegegaan naar de kerk om 6 uur s’ ochtends, erg mooi om te zien, maar ik kon bijna mijn ogen niet open houden! Terwijl de hele kerk volzat, ik schat zo’n 400 mensen die uit volle borst meezongen om 6 uur s’ ochtends! wauw!

Voor mijn onderzoek bevind ik me met name in de Batik industrie in Indonesië. Batik is een eeuwenoude verfmethode die men gebruikt om stukken stof te verven en vervolgens te verwerken tot kleding. Het is een vrij ingewikkeld, lang proces, en komt hier oorspronkelijk uit midden-Java. Hier waar ik zit zijn dan ook de meeste batik kampungs (dorpjes). Op het stuk stof worden patronen getekend, patronen die veel culturele en spirituele waardes en betekenis hebben. Vervolgens worden deze patronen bedekt met hete bijenwas, en wordt de stof in zijn geheel ondergedompeld in verf. Als de verf is gedroogd kun je de was ervan af halen, en heb je op deze plekken een “negatief” patroon (dat gedeelte is dus niet geverfd). Dit proces wordt dan weer herhaald voor andere patronen en kleuren en zo heb je een heel gelaagd item uiteindelijk. Batik staat sinds 2009 op de UNESCO lijst, en is ook verplicht gesteld op ‘casual friday’ om te dragen op werk - daardoor is de industrie ontzettend gegroeid de afgelopen jaren. Dit heeft gevolgen voor het gebruik van chemische stoffen en op de gender relaties binnen de industrie. Er zijn zoveel meer werknemers nodig voor de productie, en door de enorme concurrentie, hebben mensen een zeer afhankelijke positie gekregen. Ik ben vooral aan het kijken naar de gender posities: batik maken is van oorsprong het werk van de vrouwen hier - maar wordt zeer ondergewaardeerd en onderbetaald. Vrouwen werken vooral vanuit huis en doen dat ‘erbij, omdat ze toch al thuis werken als huisvrouw’. Ik bekijk samen met mijn docente Ina Hunga aan de UKSW, die al jaren onderzoek doet in batik, hoe deze vrouwen empowered kunnen worden om een betere positie in te nemen binnen deze industrie. Onder andere kijken we ook naar andere industrieën van handwerken om te kijken hoe de werknemers zichzelf kunnen verenigen of netwerken - zo zijn we vorige week een aantal dagen naar Sumba geweest.

Sumba

Afgelopen week ben ik samen met Ina naar Sumba geweest om ook te kijken bij de weefindustrie daar. We zijn een paar dagen rond geweest bij de vrouwen die het handwerk maken. Weven of wel tenun is dus weer een andere handwerkkunst dan batik: eerst wordt een katoenen stof gesponnen en tot een aantal garen verwerkt, vervolgens worden die garen gespannen op een werkstuk en worden gedeeltes van de patronen (met spirituele betekenissen) afgebonden met stukken plastic ikat waardoor dat gedeelte beschermd blijft van verf. Vervolgens worden de andere delen geverfd. Dit proces wordt ook weer herhaald tot alle garen geverfd zijn. Daarna worden de garen op een werkstuk bij elkaar genomen en wordt het tot een geheel geweven. Het is ontzettend veel werk en heel indrukwekkend - deze verf is ook geheel natuurlijk - en een stuk van 2,5 meter kost zo een aantal maanden werk! Ina heeft samen met Rana, haar zus, en wat vrouwen op het eiland die de stukken weven, een school opgezet voor weefsters om de kunst over te kunnen brengen.

Los van dit werk bekijken en erover te spreken met verschillende mensen, ben ik nog naar een conferentie over Sumbanese cultuur en ontwikkeling geweest, en heb ik uiteraard ook even rondgekeken op het eiland zelf :) Ina komt van Sumba, en ik had dus haar zus Rana en haar man Tamu ook ontmoet, hele hartelijke mensen - ik heb me er echt thuis gevoeld. Helaas was ik ook nog even ziek, ik had buikgriep, ik denk dat dit nog vaker zal gebeuren met het eten hier. En die paar dagen werd ik ook rondgeleid door Seli, de dochter van de docente van de weefschool, naar de savanne van Sumba, naar het prachtige strand, en ik was bij haar toen ze Engelse les gaf aan kinderen in haar dorp. Zo ontzettend mooi wat ze doet, ze geeft in haar vrije tijd elke zaterdag twee uur lang Engelse les aan schoolkinderen als bijles. Dit waren er dit keer 20, en soms wel 30, en ze zei dat er een keertje wel 70 kinderen waren! Toen moest ze een microfoon lenen en zaten mensen in de andere kamers van hun zeer bescheiden huis in het dorpje. Ik ging dus mee die zaterdag en toen we aankwamen, zeiden alle kinderen in koor ‘Good afternoon, missssss!’ En werd ik natuurlijk bestookt met vragen ‘Where are you frommmm, missssss?’  :) Super leuk. Ik heb echt heel veel respect voor Seli dat ze dit doet en het was echt mooi om te zien hoe die kinderen het ook heel leuk vonden en hun best deden. Afgelopen zondag kwam ik terug van de reis naar Sumba, moe maar voldaan.

Javaanse bruiloft

Vorig weekend was ik ook uitgenodigd op de Javaanse bruiloft van de neef van Tundjung. Dat was een erg interessante en leuke ervaring om mee te maken! s’ Ochtends reden we weg van Salatiga op weg naar Solo, de wat grotere stad op een uur afstand van Salatiga. We gingen samen met Tundjungs broer en zijn vrouw, en Ina, Tundjung en hun zoon Ian. Ik vond het een eer dat ik ben uitgenodigd. Toen we aankwamen in Solo, werden we buiten ontvangen en wachtten we op stoelen tot de rest van de gasten zouden arriveren. Een Javaanse bruiloft - de traditionele - is opgesplit in een bruiloft voor de bruid en haar gasten (die was een paar weken geleden al) en een bruiloft voor de bruidegom en zijn gasten (daar waren wij nu bij). Toen alle gasten er waren, arriveerde het bruidspaar. Wat zagen zij er ontzettend mooi uit, haren opgestoken, en all that glitter and gold! Wauw, ik was er erg van onder de indruk - het leek wel een koninklijk paar.. Uiteindelijk stonden zij op de ‘rode loper’ en volgde de directe familie daar achteraan. Dat betekende dat het bruidspaar er stond, daarachter de bruidegoms broer en zus en aanhang, daarachter de broer van Tundjung en zijn vrouw, daarachter stonden .. Ian en ik.. en toen Tundjung en Ina. Dus las je het goed, ik stond daar ook tussen! Ik voelde me eerst een beetje ongemakkelijk, maar besloot alles maar over me heen te laten komen en mee te doen, het voelde nogmaals echt als een eer. Er was een hele ceremonie in het hoog Javaans, een andere taal dus dan Bahasa Indonesia  en vervolgens liepen de bruid en bruidegom zeer plechtig naar binnen - met de naaste familie erachteraan. Waaronder ik dus. haha, door de zaal heen waar 200 mensen in zaten, en toen nam de bruid en bruidegom plaats op een podium vooraan de zaal op een prachtige bank, met hun broer en zus en aanhang naast hun op stoelen. Het hele ritueel was dat zowel de bruid als bruidegom op hun knieën om - wat ik aanneem als - goedkeuring vragen van de familie. Het eten gaat langs en iedereen blijft zitten op de stoelen, het eten komt in rondes en eenmaal is er rijst met wat gerechtjes erom heen. In een bakje zit een soort stoofvlees, het is echt heerlijk. Ik heb het bijna op en vraag aan Ina “zeg Ina, wat is dit voor vlees eigenlijk?” ze antwoordt “Oh, dat is kippen en koeien hart! Lekker he?” met een knipoog. Ehhhh, dat had je wel even eerder kunnen zeggen haha! Maar ja, het is inderdaad erg lekker. De bruiloft duurde vanaf 10 ‘s ochtends en is al vrij vroeg afgelopen, om 2 uur, of eigenlijk als de laatste ronde eten langs is geweest. De eerste gasten staan op en vertrekken, en wij maken nog even wat foto’s met de bruid en bruidegom en gaan dan ook weer terug naar Salatiga.

De eerste indrukken van mensen en de cultuur hier, op een rijtje:

aardige mensen, gastvrij, je wordt vrij snel uitgenodigd in iemands huis of om samen te eten;

overal wordt schoongemaakt;

in de kantine hoef je niet je bord op te ruimen, dat wordt voor je gedaan,

mensen spreken niet veel Engels, maar dan kan ik mooi mijn bahasa Indonesia oefenen;

overal wordt gerookt, in de kantine, in de auto’s en huizen van mensen, in restaurants;

er wordt een groot respect geuit naar alle mensen die ouder zijn of van hogere status;

schoenen uit als je iemands huis binnenkomt;

mensen bieden je altijd wat te eten en drinken aan;

mensen komen onaangekondigd langs bij vrienden of familie. en iedereen is altijd welkom. toen ik vroeg aan vrienden van mij hier, is dat niet vermoeiend als zoveel mensen elke avond langskomen? ze zeiden van wel, maar het is echt not done om mensen weg te sturen;

iedereen is super muzikaal, is niet bang om te zingen, iedereen speelt gitaar;

iedereen heeft een geloof. in Indonesië is het verplicht om op je ID kaart te registreren welke van de volgende 6 grote geloven je aanhangt. de religieuze diversiteit wordt enorm gerespecteerd en iedereen leeft hier vredig met elkaar in Salatiga voor zover ik observeer;

overal zijn warungs om te eten (I’m in heaven)

allerlei verschillende culturen van de eilanden, batak (sumatra), sumba, papua, maluku, etc. - in UKSW is het een soort ‘mini-Indonesië’

5x per dag luidt de moskee, eerste paar keer s’nachts van wakker geworden

je drinkt je thee pas als degene die hoger in rang staat ook heeft gedronken

veel netwerken, als je mensen kent kan je wat gedaan krijgen

mensen bidden voor het eten, maar zeggen niet allemaal selamat makan

als je een afspraak hebt, dan ben je wel op tijd! hooguit 15 minuten later, maar dan gaan mensen al bellen waar je blijft (is mij niet overkomen gelukkig, maar het is minder flexibel dan ik dacht met afspraken)

.. wel flexibel met tijd, dingen doen zolang als ze duren, geen 9-5 mentaliteit, en je kan vrij last-minute nog dingen afspreken of spontaan mensen appen/bellen waar ze dan zijn op dat moment en of ze zin hebben om wat af te spreken

als je geen woord bahasa indonesia spreekt, zijn mensen verlegen om Engels te spreken

toko’s warungs zijn open tot laat, je kunt altijd overal eten halen

eten voor 50 cent heb je echt een heerlijk bord in de kantine en ook in de warungs vlakbij de campus

je zegt niet echt ‘gedag’ (selamat siang e.d.) als je iemand ontmoet die je niet kent, maar pak/ibu (mr. mrs) of mas/mbak (mr. miss)

deze omgeving van Salatiga ligt wat hoger gelegen en met bergen omgeven, dus het is er minder heet. het is een erg aangenaam klimaat

En nog wat andere culturele dingen hier..

De diversiteit binnen Indonesië is enorm, met allerlei verschillende culturen en etniciteiten, andere talen, van alle eilanden. Dat wist ik wel, maar het is toch anders om het zo te ervaren en mensen van die verschillende volkeren te ontmoeten. Ik voel me wel trots als ik dan zeg dat ik half Indonesisch ben of tenminste ik zeg dan, mijn opa komt uit Maluku en mijn oma komt uit Bandung, Java. Vooral als ik het heb over Maluku, worden mensen heel enthousiast. Mensen zien wel dat ik iets Indonesisch heb, sommige verwachten helemaal niet dat ik geen Indonesisch spreek, en anderen zeggen wel dat ik er bule (buitenlands) uit zie. Ohhhh Maluku, waar vandaan dan? Molukkers staan hier in Indonesië bekend als hele goede muzikanten. De cultuur is ook anders dan Javaans (Javaans is meer indirect, heel beleefd, bescheiden) terwijl Molukkers bekend staan als luid, grappend, direct, en die houden van een feest met muziek (dat ken ik wel van mijn familie ;). Zoals veel andere volkeren dat ook zeggen over zichzelf ten opzichte van de Javaanse cultuur. Afgelopen maandag ben ik uiteindelijk begonnen met mijn intensieve tweeweekse talencursus, en dat is erg leuk en ook erg nodig!

Over het algemeen beleef ik hier een hele goede, maar ontzettend intense tijd! Het is heel anders dan mijn exchange tijd in Istanbul of mijn reis door Latijns-Amerika, omdat ik in die tijden veelal omringd was door internationale mensen en daardoor een stuk minder van de cultuur / cultuur shocks meekreeg, en omdat ik hier natuurlijk voor mijn onderzoek ben. Omdat dit een kleine stad is, niet toeristisch, en er ook weinig exchange studenten zijn (heb ze nog niet gezien), word ik echt ondergedompeld in een andere cultuur en taalbarrière. Het is super interessant, en zo anders dan ik me ooit had kunnen voorstellen, en intens, dus ik kan het nog niet allemaal bevatten, maar tot zover!


 

Veel liefs!!!

10 Reacties

  1. Sandra:
    14 maart 2018
    Geweldig verhaal, ik heb het in 1 x ademloos uitgelezen. Wat ben ik trots op jou hoe goed je het daar aan de andere kant van de wereld doet! Je pot pundakaas zal wel op zijn, maar niet getreurd, het eten daar is fantastisch en... dat voor maar 47 cent dikke polo van ons xxxxxx pap en mam.
  2. Sanne van balen:
    14 maart 2018
    deze opsomming aan het einde is echt top :) Leuk :) veel plezieeeeeerrrrr en lekker genieten van alles en het eten. Is nog eens wat ander dan de Knor wereldgerechten xxx
  3. Ted Bruijn:
    14 maart 2018
    Net als Sandra en Jonas hierboven schrijven: in een adem uitgelezen. Wat ben je toch een wereldreiziger! En nu weer zo anders! Goede tijd dat, Lisa. Ik kijk uit naar het volgende verslag.
  4. Wendy van Zilt-Wokke:
    14 maart 2018
    Wat geweldig om weer te lezen. Mooi dat je zoveel reist en meemaakt en het ook nog met ons deelt. Echt genieten! Veel plezier verder en succes met het onderzoek.
  5. Joost:
    14 maart 2018
    Hoi Kang ,

    Wat leuk allemaal! Beetje jaloers... Dat eten ja voor 47 cent; was dat maar hier zo... We bellen snel weer,
    xoxoxo
  6. Ben Bolsenbroek:
    15 maart 2018
    Weer met veel plezier je verhaal gelezen.
    liefs Ben
  7. Tineke Reijnders:
    16 maart 2018
    Hoi Lisa, ik ben ook zeer onder de indruk van je verhalen. Je hebt een leuke schrijfstijl waardoor het heel leuk is om je belevenissen te lezen. Zit nu in de nachtdienst met Jonas, hij mag zeker trots op je zijn! Groetjes
  8. Toon:
    16 maart 2018
    Hai, mooi verhaal, zo te zien heb je het goed naar je zin. Geniet ze verder.
  9. Tante Costa:
    18 maart 2018
    Hai lieve Lisa,
    Wat een belevenissen allemaal weer,heb je verhaal in 2 gedeeltes moeten lezen ,had buikgriep en pas van morgen de rest van je verhalen af kunnen lezen. En Lisa zeer zeker zit je in heaven met al dat lekker eten🤪 ❤️❤️💋 veel liefs tante Cos
  10. Lisa:
    20 maart 2018
    Bedankt voor alle reacties, heel leuk om die te ontvangen, en dat jullie mijn schrijfstijl zo leuk vinden, doet me ook goed ;) Ik blijf zeker verhalen schrijven! Liefs xx